Hij opende zijn ogen lichtjes, en staarde met hun oranje gloed om zich heen. Het duister van de grot beviel hem wel, al kon hij zich niet herinneren hier in slaap gevallen te zijn. Ahja, de pup was dan ook nog jong, hij mocht wel eens iets vergeten, noh? Maar ja, die toestemming had hij van zichzelf, amazing, zo'n leven op jezelf. Hij was aan niemand verplichting en regels schuldig, kon doen wat hij zelf wou. The sweet life. Sommigen konden zich afvragen of hij geen vrienden of liefde missen, maar de jonge pup deed daar gewoon niet aan. Moest het ook? Het was simpel voor hem, hij was voor dood achtergelaten, door zijn crew verstoten, zou hij dan moeten geven om een zinloze wolf die even zijn leven in en uit kwam lopen? Neewh dus. Easy come and easy go Lustrum. Why not? Hij opende zijn mond langzaam, en een tong rolde naar buiten, gevolgt door een niet uit te stellen gaap. Hij zuchtte, slikte een paar keer, en stond toen soepel op.
Na zijn dagelijkse stretchsoefeningen om fit te blijven, liep hij de grot uit, terwijl hij zich een weg baande door de sneeuw. De vlokken dwarrelden sierlijk naar beneden, en even bleef de artistieke wolf in hem staan, verwonderd over de structuur van het ijs wat zo sierlijk en verschillend kon zijn tegelijker tijd. Een andere gedaante dan sneeuw viel hem plots op, en toch, ondanks zijn voornemens, liep hij erop af. Het bleek een andere wolf te zijn, maar aan het zien van het rijzen en dalen van de borstkas, was ze nog niet dood. Ja, het was een zij, dat had hij nu wel door aan de anatomie van haar lichaam. Hij zuchtte, waarom deed hij dit? Misschien omdat hij gezelschap wou. Welja, het was een goede daad, daar ging hij nu ook weer niet dood van, right? Hij pakte haar nekvel, en sleepte haar een stuk mee, terug naar de grond. De resten van zijn avondmaal lagen er nog, onaangeroerd. Hij had zich niet zo goed gevoelt toen. Snel graaide hij de vogel mee met zijn poot, en hield het dode ding voor haar neus. Als ze daar niet van wakker werd, wist hij het ook niet meer. Water was er ook tot beschikking, een kleine river van gesmolten water vlakbij de grot. Het zou haar niet kunnen ontbreken aan levensmiddelen. Die had hij altijd op voorhanden. Altijd.